Oogarts Jan Hora Adema in de De Lairessestraat, vader van mijn vriendje Bouke, hielp me en na geruime tijd (driekwart jaar) kon ik weer iets zien. Daarvoor moest ik weer naar een andere dokter. Achteraf heb ik gehoord dat de man bij wie ik dit wekelijks deed mij had gebruikt voor zijn promotieonderzoek. Altijd moest er een bal in een netje of over een netje, altijd werd er door mijn vader, mijn moeder, mijn broer en mijn zus gedanst en gespeeld en vooral mijn vader zei voortdurend: “Sport is heel gezond, Theodor. Ik heb mezelf noodgedwongen een andere vorm van levenskunst eigen gemaakt.
Source: Het Parool July 29, 2021 06:11 UTC